Begrippenlijst
Huisartsen krijgen een nieuwe pensioenregeling. Voor de overgang heeft de beroepspensioenvereniging een transitieplan opgesteld. Op deze pagina vindt u een uitleg van gebruikte termen in het plan.
Dekkingsgraad
De dekkingsgraad geeft aan in hoeverre het pensioenfonds kan voldoen aan haar toekomstige verplichtingen. De dekkingsgraad wordt uitgedrukt in een percentage. Een percentage boven de 100 procent is positief, maar ruim boven de 100 procent wordt gezien als verantwoord. Dit percentage berekenen we door onze bezittingen te delen door onze verplichtingen.
Flexibele premieregeling (FPR)
De ‘flexibele premieregeling’ is een vorm van pensioen waarbij u een persoonlijk pensioenvermogen opbouwt. Het fonds belegt de pensioenpremie op individueel niveau in onder meer aandelen, obligaties en vastgoed. De ingelegde premies en het rendement daarop zijn samen uw individuele pensioenkapitaal. Richting de pensioendatum krijgt u de keuze om met dit pensioenkapitaal een stabiele of een variabele pensioenuitkering te kopen.
Franchise
De franchise is het gedeelte van uw inkomen waarover u geen pensioen opbouwt, omdat de AOW-uitkering (via de overheid) voor dit deel reeds voorziet in de pensioenvoorziening. Over de franchise betaalt u dan ook geen pensioenpremie aan ons.
Goed weer scenario
De ontwikkeling van een pensioenkapitaal wordt weergegeven in scenario's (mogelijke uitkomsten). In een goed weer scenario gaan we uit van beurzen die bovengemiddeld sterk presteren, bijvoorbeeld vanwege langdurig economisch voorspoedige tijden. Uw pensioenkapitaal laat in dit scenario de grootste toename zien.
Invaren
Invaren is het omzetten van bestaande pensioenaanspraken en -rechten naar de nieuwe pensioenwet. Om te kunnen invaren, moeten de huidige aanspraken en rechten worden omgerekend naar een persoonlijk pensioenkapitaal.
Invaardekkingsgraad
De invaardekkingsgraad is de dekkingsgraad op het moment van invaren. De beroepspensioenvereniging heeft in het transitieplan vastgelegd welke dekkingsgraad er op het moment van invaren nodig is om de doelstellingen te halen. Zo weten we bij welke dekkingsgraad het pensioenfonds kan overgaan tot invaren.
Als de dekkingsgraad op het moment van invaren niet hoog genoeg is, gaat het pensioenfonds met de beroepspensioenvereniging in gesprek of en op welke manier invaren alsnog kan plaatsvinden.
Lifecycle
Lifecycle (levenscyclus) is een manier van beleggen. Hierbij wordt het beleggingsrisico aangepast op basis van de leeftijd. Voor jonge deelnemers aan het pensioenfonds wordt meer risico genomen. Hiermee kan een hoger rendement worden behaald en is er nog genoeg tijd om tegenvallers goed te maken. Wanneer iemand de pensioendatum nadert, neemt de kans af dat beleggingsverliezen nog kunnen worden gecompenseerd. Daarom wordt het risico op latere leeftijd afgebouwd.
Mediaan scenario
De ontwikkeling van een pensioenkapitaal wordt weergegeven in scenario's (mogelijke uitkomsten). In een mediaan scenario gaan we uit van beurzen die op gebruikelijke wijze presteren. Het mediaan scenario houdt precies het midden tussen een goed weer- en een slecht weer scenario. Uw pensioenkapitaal laat in dit scenario een gezonde stijging zien.
Partnerpensioen
Een partnerpensioen is het pensioen dat de achtergebleven partner ontvangt vanwege het overlijden van de deelnemer.
Pensioengrondslag
De pensioengrondslag is het deel van het inkomen waarover pensioen wordt opgebouwd. Dat is uw pensioengevende inkomen verminderd met een vast bedrag dat de franchise heet. De premie van een pensioenregeling wordt berekend over de pensioengrondslag.
Risicodekking
Een deel van uw premie gaat niet naar uw persoonlijke pensioenkapitaal, maar naar risicoafdekkingen. Dit zijn voorzieningen voor premiedoorbetaling in het geval van arbeidsongeschiktheid en voor vroegtijdig overlijden (partnerpensioen en wezenpensioen).
Risicodelingsreserve
De risicoverdelingsreserve is een gezamenlijke vermogensreserve (een pot met geld) waarmee in een flexibele premieregeling financiële mee- of tegenvallers kunnen worden gedeeld.
Risicohouding
De risicohouding is de mate waarin een groep deelnemers beleggingsrisico’s wil dragen om de pensioendoelstellingen te realiseren, en de mate waarin deze groep beleggingsrisico’s kan dragen.
Risicopreferentie-onderzoek
Een onderzoek onder deelnemers naar de mate waarin zij beleggingsrisico willen en kunnen lopen.
Slapers
Een slaper is een deelnemer die geen pensioen meer opbouwt in de pensioenregeling en nog niet de pensioengerechtigde leeftijd heeft bereikt. Slapers betalen dus geen premie meer. De opgebouwde pensioenaanspraken ‘slapen’ als het ware bij het pensioenfonds.
Slechtweerscenario
De ontwikkeling van een pensioenkapitaal wordt weergegeven in scenario's (mogelijke uitkomsten). In een slecht weer scenario gaan we uit van beurzen die matig presteren, bijvoorbeeld vanwege aanhoudende economische tegenspoed. Uw pensioenkapitaal laat in dit scenario slechts een geringe stijging zien.
Stabiel pensioen
Bij een stabiele pensioenuitkering weet de deelnemer ongeveer welk bedrag hij de rest van zijn leven elke maand ontvangt. De hoogte van het pensioen hangt af van de financiële positie van het pensioenfonds. Als de financiële positie goed is, kan het pensioen stijgen. Als de financiële positie slecht is, kan het zijn dat het pensioen moet worden verlaagd.
Uitkeringscollectief
Het uitkeringscollectief is een collectief van pensioengerechtigden binnen een fonds. Het collectief deelt samen risico’s in de uitkeringsfase. De pensioenuitvoerder belegt de gezamenlijke pensioenkapitalen van het uitkeringscollectief. Het collectief deelt samen de rendementen.
UPO
UPO is een afkorting voor uniform pensioenoverzicht. Deze ontvangt u elk jaar van het pensioenfonds. In dit overzicht staat hoeveel pensioen u heeft opgebouwd en hoeveel pensioen u kunt verwachten als u met pensioen gaat.
Variabel pensioen
Bij een variabele pensioenuitkering staat het bedrag dat de deelnemer elke maand krijgt niet vast. Het pensioen is afhankelijk van de resultaten (waaronder beleggingsresultaten) die in het uitkeringscollectief worden behaald. Hierdoor kan het pensioen van de deelnemer zowel stijgen als dalen. Als de resultaten goed zijn, dan kan het pensioen omhoog. Als de resultaten tegenvallen, kan het pensioen lager uitvallen.
Wezenpensioen
Een wezenpensioen is het pensioen dat achtergebleven kinderen ontvangen vanwege het overlijden van de deelnemer. In het nieuwe pensioenstelsel wordt het wezenpensioen tot 25-jarige leeftijd van de wees uitgekeerd.